Gezinsuitbreiding

  • Partner nog niet klaar voor tweede

    Een kleine vrouw vertelt:

    “Als ik weer zwanger zou worden dan zou ik het prima vinden. Maar ik denk dat het bij mijn man nog te vers is. Hij heeft de zwangerschap als best moeilijk ervaren. De bevalling en de periode erna heeft hij gewoon als zwaar en vrij heftig ervaren. Want hij heeft toen heel veel moeten doen in het huis, voor mij zorgen voor de baby zorgen. Want ik kon gewoon niet zo veel door de keizersnede. En dat heeft er denk ik heel erg ingehakt bij hem. Hij mankeert natuurlijk zelf ook wat, maar dat is aan hem niet te zien. Een dat vond hij ook best moeilijk want bij mij zaten ze altijd te zeuren over de handicap en bij hem namen ze het maar aan dat hij gezond is. Dat hielp ook niet mee. En uiteindelijk gaat het nu wel goed, maar dat moet het denk ik nog een jaar of zo gaan voordat ik weer zwanger kan worden.”

  • Een tweede?

    Een kleine man vertelt:

    “Ik zou nog wel een tweede willen maar mijn partner is daar wat terughoudender in. Omdat we het nodige al meegemaakt hebben. En ze denkt van, wil ik dat nog wel een keer. Dus een tweede, we weten het nog niet maar ik ben er wel enthousiast over.”

  • Verzorging is fysiek zwaarder

    Een kleine vrouw vertelt:

    “Dat eerste jaar dat mijn dochter geboren was echt zo zwaar. Ik had natuurlijk een keizersnee. En dan moet je gelijk aan de verzorging van een kind beginnen die steeds zwaarder wordt en mijn rug is niet al te best dus. Nou, dat was gewoon afzien iedere dag, totdat ze ging lopen, dat was ideaal. En vanaf die tijd is het, is het leuk, is het fijn. We zijn ook in die periode de eerste twee jaar of drie jaar van haar leven niet op vakantie geweest.”

  • Bewust 5 jaar gewacht met tweede kind

    Een kleine man vertelt:

    “Vijf jaar tussen twee kinderen is lang. Dat is een bewuste keuze geweest omdat het gewoon heel zwaar is om als je zelf klein bent, een kind met een groeistoornis op te voeden. Het is fysiek zwaar, daar begint het mee, met het kind tillen. Dat zou je toch moeten doen. Ofwel in een stoeltje of wel op de commode. Of de trap op. En bovendien wil je ook niet alles aan je partner overlaten. Dat kan ook niet. Daar ben je ook vader voor. Als je klein bent dan zet je normaal al letterlijk een stap meer om bij te benen. Bij achondroplasie is het zo dat je minder ver kan reiken, dat je kortere armen hebt. Nou, dat maakt het toch ook wat lastiger in het vasthouden en ondersteunen van het kind. Wat door die andere verhoudingen ook een ander zwaartepunt heeft. Dus het hoofd, het hoofd is heel kwetsbaar. Dus daar zit je voortdurend mee te worstelen.”

  • Verstand vs.gevoel

    Een kleine vrouw vertelt:

    “Ik zit nog steeds in het vraagstuk, een tweede of niet. Mijn zoon is ook klein dus die heeft meer zorg nodig gehad. Het gaat motorisch allemaal nog niet zo snel met hem. En het eerste jaar hebben we hem heel veel laten liggen, om die rug niet te belasten. Zodat die zenuwen niet klem komen te zitten. Daar ben ik heel consequent in geweest, mijn ouders hebben dat bij mij ook gedaan. En hij moet gewoon veel vaker getild worden en zijn hoofdje en zijn nek ondersteunen en al die dingen. Hij ging pas veel later lopen. Hij liep een week voor zijn tweede verjaardag, al wel aan een handje en karretje maar niet echt. En dat is allemaal niet erg maar dat is wel allemaal extra zorg. Maar mijn gevoel zegt, dat ik nog een kindje wil. Ik wil dat mijn zoon een broertje of zusje krijgt. En mijn zwangerschap was goed verlopen maar mijn keizersnede is niet echt goed verlopen. En kan mijn lijf dat nog een keer aan, die zwangerschap kan nog wel, maar dat is voor die rug niet echt goed. Ik bespreek het wel met m’n vriendin [die ook klein is] en die zei ook, dat is moeilijk ik heb daar niet eens allemaal over nagedacht. Ze had binnen twee jaar de tweede. Maar haar eerste had geen achondroplasie en haar tweede wel. Kijk dan kan je ze ook veel makkelijker op elkaar plannen. Want de eerste heeft niet zo veel zorg nodig. En dan hebben we die 50%, dus het kan natuurlijk met de volgende zijn dat het niet is. Mijn verstand en gevoel zijn nog niet in evenwicht.”